EPI (Exocriene pancreas insufficiëntie)

Afgelopen jaar had ik een hond in behandeling met EPI (Exocriene Pancreas Insufficiëntie). Dit is een lastige aandoening waarbij de alvleesklier te weinig of geen verteringsenzymen meer uitscheidt. Dit kan al bij jonge dieren ontstaan doordat de alvleesklier nooit volledig is ontwikkeld en in sommige gevallen is er sprake van een ontsteking waardoor het weefsel van de alvleesklier wordt aangetast. Die ontsteking wordt veroorzaakt door afweercellen van het lichaam en niet door bacteriën of een virus. De alvleesklier scheidt belangrijke verteringsenzymen uit zoals, lipase (voor de vertering van vet), amylase (voor de vertering van koolhydraten), typsine (voor de vertering van eiwitten) en daarnaast natriumbicarbonaat voor het neutraliseren van maagzuur. Het dan ook voor te stellen dat dieren met EPI door het gebrek aan deze enzymen vaak maag -en darmklachten hebben.

Hond Eefje was 3 jaar geleden gediagnosticeerd met EPI. Ze kreeg hiervoor pancreasenzymen, geadviseerd door de dierenarts. Er zijn speciale supplementen voor honden met EPI. Hierin zitten de enzymen die normaal gesproken door de pancreas worden uitgescheiden. Vaak krijgen dieren met EPI ook injecties met vitamine B12. Daarnaast krijgt Eefje ook alvleesklier aan de vers vleesvoeding toegevoegd, op die manier krijgt ze ook de stoffen die ze mist binnen. Toch voelde ze zich niet echt lekker de laatste tijd. Ze had vaak slijmerige dunne ontlasting en liet veel stinkende boeren. Het boeren werd erger, met name in de avond en ze werd er onrustig van. Ook had ze een sterke lichaamsgeur.

Tijdens het consult werd duidelijk dat, zoals ook te verwachten is bij EPI, de spijsverteringsorganen uit balans waren.

Ik heb kruiden geadviseerd die met name de lever, maag en darmen ondersteunen. Omdat Eefje ook gevoelig was voor stress en dit weer invloed kan hebben op de maag en darmen, heb ik haar daarnaast Bach Remedies gegeven. De Bach Remedies werken op het mentaal/emotionele aspect.

Na het eerste consult waren het boeren en de onrust van Eefje een stuk minder. Ze had af en toe nog een boer gelaten, maar het gebeurde nog maar een enkele keer in de laatste weken. Ook was haar ontlasting een stuk beter, ze had weer normale drollen. Toen de kruiden op waren, kwamen de klachten wel weer gedeeltelijk terug. Daarom heb ik nieuwe kruiden geadviseerd om haar verder te ondersteunen.

Bij klachten die chronisch zijn of al langere tijd spelen, is een vervolg vaker nodig. Omdat de meeste kruiden in een periode van 6 weken het best werken, is het goed om daarna over te stappen op andere kruiden, zodat het lichaam een nieuw impuls krijgt.

Toen ik na deze behandeling weer contact had met de eigenaren, bleek het eigenlijk heel goed te gaan met Eefje. De ontlasting was normaal, ze boerde niet meer en zat lekker in haar vel. Er zijn inmiddels al weer een aantal maanden verstreken en ze heeft geen klachten. Wel is het goed om haar regelmatig te ondersteunen met kruiden of andere middelen. De aandoening is helaas niet te genezen, maar de kruiden maken het wel een stuk aangenamer voor Eefje en haar baasjes.